dinsdag 28 februari 2012

En welke generatie is de klos?

Wist u dat de lineariteit van carrières al jaren achterhaald is? Of anders gezegd: dat je carrière per definitie in stijgende lijn gaat, met jaar na jaar promotie en daarbij horende loonsverhoging.

Het geldt al lang niet meer en toch zijn de bestaande verloningssystemen daarop gestoeld. Als we dat willen doorbreken, zal iemand – één generatie – de factuur mogen betalen. Laat dat nu net ook de generatie zijn, die nu al opdraait voor de generatie die te vroeg met pensioen gaat.

Want, het is redelijk pervers. In een lineair georiënteerde samenleving worden jongeren op de arbeidsmarkt verwelkomd met een grote wortel voor hun neus: als je start, krijg je een relatief laag loon in ruil voor loyaliteit en hard werken, met de belofte dat je naarmate je ouder wordt, op basis van je anciënniteit dus, evolueert naar een relatief hoger loon*. Jongeren zijn bereid hun carrière met een laag loon te beginnen omdat ze weten dat ze later, als ze ouder zijn, een hoger loon krijgen. Prima geregeld.

Maar met de pensioen- en besparingsplannen die vandaag op tafel liggen, wil men graag sleutelen aan dat idee waarbij anciënniteit en loon automatisch gekoppeld zijn. Er gelden plots andere regels. Want als we ouderen gaan vragen langer te werken, zeggen werkgevers: die ouderen produceren niet meer zoals jongeren dat doen, ze zijn te duur voor wat ze opbrengen.
Sommige oudere werknemers geven dan weer aan dat ze het hoge tempo niet meer aan kunnen. Demoveren dan maar: op een lager hiërarchisch niveau gaan werken binnen de organisatie.
Allemaal goed en wel, maar een lagere positie is voor de werkgever maar interessant als daar ook een lager loon aan gekoppeld wordt, onder het motto: loon naar werken. En daar wringt het schoentje. Want deze werknemers zijn opgegroeid met die wortel, weet u nog?
Er gaat dus een generatie de klos zijn. Ze zijn opgegroeid met de wortel, maar krijgen peanuts. Wie is er kandidaat? Iemand?
* vrij naar de theorie van het “impliciet contract” van de Amerikaanse econoom Lazaer.

zondag 12 februari 2012

Lezing Remotie in Antwerpen

Donderdagavond 16/02/12 geven we een lezing over demotie en remotie in Antwerpen. Hoe vaak komt het voor? Wie maakt het mee? En hoe geraakt je terug op de rails?
Organisatie : Expert Academy
Info : http://www.expertacademy.be/remotie.html

Stijgen en dalen : niets is wat het lijkt

“Je wordt nooit meer wat je was”, is de titel van een artikel in DS weekblad van 11/02/12. Het gaat over de carrièrewendingen van topsporters en hoe moeilijk het valt om na de roem in de schaduw te gaan staan. Die carrièrewending hebben wij demotie genoemd, een stapje terug zetten op de hiërarchische ladder. Heel wat van de miserie rond demotie zouden we kunnen oplossen door een mentaliteits”wending”. Hoe meer we blijven denken dat carrières per definitie lineair stijgend zijn en hoe meer we “dalen” blijven associëren met mislukken, hoe ongelukkiger we zullen blijven.
Nochtans is er een grote nood aan die mentaliteitswijziging want met het licht op de vergrijzing en het idee dat we allemaal langer zullen moeten werken, zullen demoties automatisch ingebakken worden in jouw en mijn carrière. Immers, je kan niet blijven stijgen. Er is niet alleen onvoldoende plaats aan de top, oudere werknemers geven aan dat ze het helse tempo niet meer aankunnen, of geen zin meer hebben om het aan te kunnen. En werkgevers klagen dat ouderen niet dezelfde productiviteit hebben als jongeren en dus aan die top beter plaats maken voor een frisse wind.

In de VS is een leven vol succes verdacht. Een werknemer moet vroeg of laat eens op zijn bek gaan, daar word je sterk van. Dan komen de anderen ook vragen: wat heb je er uit geleerd? Met andere woorden: mislukking geeft je aanzien. Wanneer je in Europa op je bek gaat, heb je afgedaan, je hebt gefaald, je bent mislukt, je kan het niet. Dàt is de grootste frustratie van elke gedemoveerde. En dat is ook de reden waarom demotie nog steeds een taboe is. Gedemoveerden voelen zich beschaamd, ze willen er niet over praten omdat ze anders door hun omgeving gestigmatiseerd worden. En die omgeving weet zich geen houding te geven. Want wat doe je in godsnaam met een mislukkeling?

Voel je ook het geweldige waardenoordeel? “Je wordt nooit meer wat je was”... en dan? Is wat je vandaag bent, minder dan wat je gisteren was? Wat is dat eigenlijk succes hebben? Wat is dat mislukken? Wat is stijgen of dalen? Is een stap naar boven beter dan naar beneden? Het is maar hoe je het bekijkt.

donderdag 2 februari 2012

Eén vijfde van alle werknemers ondergaat – vroeg of laat – demotie

“Ik heb ze gevonden.” glunderde Jan Denys van Randstad tijdens onze lezing in zijn bedrijf. Hij is er inderdaad in geslaagd om cijfers te vinden die enige indicatie geven over het aantal mensen dat een demotie meemaakt. De achtergrond van deze demoties vertellen deze cijfers niet, maar ze geven een eerste beeld over het aantal – excusez-moi le mot – “gevallen”.
De cijfers komen van Eurostat, het statistische bureau van de Europese Unie, en slaan op de periode van 2005 tem 2008. Ze meten de functieveranderingen van werknemers in 19 Europese landen.
De grafiek toont de “veranderingen van beroepsniveau” van werknemers (25-54 jaar) die niet van werkgever veranderden. Dat is de promotie of demotie in de strikte zin van het woord, waarbij je dus verandert in de hiërarchische ladder bij je werkgever.
Daaruit blijkt dat in België iets meer dan 20% van de werknemers “daalden”* in de hiërarchie, demotie dus. 20% van de werknemers “stegen”*, die kregen dus promotie. En 60% van de werknemers bleven in hun functieniveau zitten. Natuurlijk weet iedereen dat je niet per sé van beroepsniveau moet veranderen om gedemoveerd te geraken. Je kan in je functieklasse blijven en toch demoveren omdat al je verantwoordelijkheden uitgehold worden, je budgetbevoegdheid vermindert en je geen personeel meer aanstuurt. Dat is niet uit deze cijfers te halen, maar het is wel een realiteit.
Deze cijfers tonen alvast aan dat demotie van alle dag is. Als ten minste één vijfde van alle werknemers, daalt in beroepsniveau (in die periode), dan krijgen ontelbare mensen te maken met deze vorm van carrièrewending. En zeggen dat de vakbonden, noch de werkgevers een sluitend antwoord hebben over hoe ze omgaan met demotie. Er is nog werk aan de winkel.

* “Stijgen” en “dalen” ? We hebben het nogal moeilijk met deze stigmatiserende woorden. Het is maar hoe je dat bekijkt, nietwaar. Een stap achteruit zetten in de hiërachie kan een verademing zijn. Minder bevoegdheden staat niet per definitie gelijk aan “minder gelukkig”. Net als promotie niet voor iedereen een zegen is. Zie pagina 59 en 245 van ons boek “Remotie. Een stap terug is een stap vooruit”